De reuzentraditie
Het Brussels Gewest telt meer dan 100 gigantische reuzen. Hun aanwezigheid in processies en stoeten gaat voor een deel onder hen terug tot de Renaissance. De reuzen van de Ommegang en de Meyboom zijn absoluut zeker de meest prestigieuze, maar daarnaast zijn er, uit een recenter geschiedenis, die eveneens symbolische en onvermijdelijke figuren van lokale feesten zijn, van de Bruegelwijk tot aan Stockel in Sint-Pieters-Woluwe en zo over het ganse Gewest. De dragers van deze traditie, die graag deel willen uitmaken van de Gewestelijke inventaris, vindt u in deze rubriek terug.
De reuzen van de Bezemhoek in Watermaal-Bosvoorde
(nr.: PCI/CIE BRU0008)
De reuzen Mieke, Janneke en Tichke zijn onlosmakelijk verbonden met de folkore van Watermaal-Bosvoorde. Ze nemen deel aan diverse feestelijke en sociale evenementen van de wijk, de gemeente en het Gewest, met als uitschieters de carnavalstoet eind maart, het bloemenfestijn, het Irisfeest en een aantal burgermanifestaties.
De reuzen kenden een hergeboorte in 2000 en 2001 naar het evenbeeld van de reuzenfamilie uit de jaren 1950 gevormd door "Nare" of "Nare Chap" de bessemaeker, Bene en hun zoon Sus. Ze herinneren, net zoals hun voorgangers, aan een koppel inwoners van deze eertijds heel populaire wijk van bezemmakers. In 2000 wed een nieuwe versie gemaakt van het koppel reuzen, in de jaren vijftig al herdoopt in Mieke en Janneke. De oude karkassen waren niet onderhouden en konden niet worden gerecupereerd. Met de steun van het College van Burgemeester en Schepenen werden de reuzen identiek gekopieerd, in wilg voor de structuur en in polymeer voor de armen en het hoofd. Janneke is 3,50 meter groot en weegt 27 kg. In 2001 kwam daar zijn vrouw Mieke bij, 3,20 meter hoog en 25 kg zwaar. Op 12 december 2009 werd hun zoon Tichke geboren: 1m en 5 kg. Hij wordt vervoerd in een wieg. Sinds 2012 en ter gelegenheid van het Bloemenfeest, krijgen ze het gezelschap van Choublac (Creools voor Hibiscus), een nieuwe reuzin van Haïtiaanse oorsprong, van de hand van de Haïtiaanse kunstenaar Ernst Saint-Rome, in samenwerking met de vzw Kenbé Fèm. De vrolijke bende wordt vergezeld van de fanfare van de Bezemhoek, een groep percussionisten en een Godetpaard. Elke reus wordt gedragen door een poepedroegher. Hun kleding wordt aangepast aan de gelegenheid.
De reuzen worden bewaard in de refter van de Sapinièreschool. De kinderen van de wijk kennen de wilgen figuren maar al te goed. De vzw Mieke en Janneke organiseert het Carnaval, zorgt voor de onderhoud van de reuzen en uiteraard ook voor de ‘uitjes’ van de reuzen, samen met andere verenigingen en de handelaars van de wijk. Voor de goede zorgen worden de reuzen één keer per jaar, in januari, in het meer van Bosvoorde gedrenkt. Het is op zich ook weer een evenement op de al rijk gevulde kalender van het verenigingsleven van de wijk.
www.coindubalai.be (tweetalige site)
FB : Mieke, Janneke et Tichke – De reuzen van de Bezemhoek
Contact :
P-H. Duvigneaud
Terhulpsesteenweg 346
1170 Watermaal-Bosvoorde
De reuzen van Stokkel
(nr.: PCI/CIE BRU0010)
De reuzen van Stockel, Baldewinus en Michaëlla, werden respectievelijk in 1984 en 1986 gecreëerd op initiatief van Baudouin Vander Linden. Hij was handelaar in Sint-Pieters-Woluwe en de toenmalige voorzitter van de handelaarsvereniging van Stockel, die de folklore in deze volkswijk nieuw leven wilde inblazen.
De reuzen kregen de persoonlijkheid en de attributen van een 13e-eeuwse ridder en dame. Ze belichaamden de hoofse en avontuurlijke wereldbeschouwing en moesten herinneren aan het overwicht van het geestelijke op het tijdelijke. De figuren werden uitgevoerd in samenwerking met de Academie van Schone Kunsten van Brussel en met de scholen Eperonniers-Mercelis en Don Bosco voor hun kleren en structuren. Tegelijk werd de vereniging van de Vrienden van de reuzen van Stockel opgericht. Zij wil een nieuwe folklore aanzwengelen via de reuzen van Stockel en spellen organiseren rond hun eigenschappen. Dit alles bij voorkeur in samenwerking met de jongeren en ten voordele van een instelling die zich met jongeren in moeilijkheden bezighoudt.
Het reuzenkoppel verplaatst zich zowat overal in België en wordt er bewonderd door klein en groot. Baldewinus en Michaëlla zijn jaarlijks aanwezig op de verjaardag van de Tervurenlaan, op het kinderfeest in het Parmentierpark en op de reuzenbijeenkomst in de Brusselse Hoogstraat. Als ze gevraagd worden, nemen ze ook deel aan andere optochten en manifestaties van culturele en filantropische aard. De dragers zijn vrijwilligers, vaste medewerkers van het Huis, maar ook de dragers van de reuzen van Aat springen bij.
De reuzen van de Meyboom
Deze reuzen leiden de stoet van de Meyboom, een traditie die op zich ingeschreven staat op de inventaris van het Brussels immaterieel cultureel erfgoed (planten van de meiboom).
Dit volksfeest vindt sinds 1308 jaarlijks plaats op 9 augustus in het historisch centrum van Brussel.
De aanwezige reuzen zijn essentiële rituele elementen van de stoet. Hun oorsprong gaat terug op de vroegere figuren uit de Ommegang en de Stad, al werden de poppen al geregeld hermaakt. De recente kledij van de reuzen sluit aan bij de traditie. Hun hoofden werden al een paar keer vernieuwd: in de jaren 2000 kregen ze nog een hoofd in polyester. De manden hebben een rieten structuur. Ze wegen gemiddeld 30 kg.
De poppen hebben bewegende armen. Ze dansen op de muziek van de Meyboomfanfare en plagen het publiek. Het gaat tot op vandaag om een familie van drie generaties en andere poppen.
De familie
Mieke en Jan, de ouders :
Jan draagt een kostuum uit de 18de eeuw met een pruik en haarstrik. Hij herinnert aan de oude reus Jan van de stad Brussel.
Mieke is in rood en geel gekleed met een blauwe schort, naar het voorbeeld van het laatste kostuum van de reus Mieke van de stad Brussel.
Bompa en Bomma,de grootouders :
Bompa is gekleed in een blauwe kiel met een pet op het hoofd en een rode zakdoek met witte bollen.
Bomma draagt een blauwe jurk en een schort, een kraagje van zwart gaas en een zwarte hoed met rode knoop.
Jefke en Rooske, de kinderen :
Rooske draagt een rode jurk uit het begin va de jaren 50. Ze zou het symbool zijn van de stad Brussel die na de Tweede Wereldoorlog werd bevrijd.
Jefke draagt kledij waarvan de kleuren naar de nationale driekleur verwijzen.
De andere poppen
Janneke werd in 2008 opnieuw ingevoerd en stelt een baby voor, zoals het vroegere personage.
Pitje, een reus die eruitziet als een veldwachter loopt sinds 1982 mee in de stoet. Hij draagt een kiel, een kepie en een sabel.
Polleke(6 kg - 105 cm) wordt sinds 2001 gedragen door de kinderen. Deze kleine reus brengt hulde aan Paul Coeckelenbergh, stichter van de Meyboomfanfare.
De looppaarden vergezellen de reuzen en verwijzen naar de rol van de wachters.
Het Rad van Fortuin wordt door een paard getrokken en symboliseert van de wispelturigheid van het lot. Deze praalwagen dateert uit circa 1880. Hij bestaat uit een slee en een schuingezaagde as waarop een rad werd gemonteerd. Wanneer de wagen in beweging komt, draait het rad in tegenwijzerzin. Op het rad werden drie stellen poppen bevestigd. Zij vertegenwoordigen de drie gebruikelijke maatschappelijke klassen: de adel, de burgerij en het gewone volk. Terwijl het rad ronddraait, bevindt elk stel zich afwisselend boven- of onderaan het rad. Naast het rad loopt traditioneel een deelnemer in het uniform van een veldwachter. De poppen hebben een rieten skelet en een hoofd uit karton of een meer hedendaags materiaal.
Het Rad van Fortuin neemt ook geregeld deel aan de Ommegang.
Contact:
vzw Gezellen van Sint-Laurentius / Les compagnons de Saint-Laurent
Rogier van der Weydenstraat 18/20
1000 Brussel
Jan Brusten : presidence @meyboom.be
www.meyboom.be
De Reuzen van Anderlecht en van de processie van Sint-Guido en Onze-Lieve-Vrouw-van-Gratie
Deze processie telt ook negen reuzen : de hertog van Aumale, Erasmus, Guido, Goedele, Poje, Onulf, Berta, Rikske de Molenaar en Dongui. Zij maken hun opwachting op evenementen in heel België.
De negen reuzen van Anderlecht komen sinds het einde van de jaren tachtig om de organisatie van de processie van Sint-Guido en Onze-Lieve-Vrouw-van-Gratie te ondersteunen. Ze werden geboren uit de emulatie rond de heropleving van de processie aan het einde van de jaren tachtig en werden bedacht en gerealiseerd door Jacques Vandevelde, de voormalige president van de handelsvereniging Wayez, Formanoire en Aumale; Michel Loonen en Albert Brassaert.
De reuzen verwijzen naar personages uit de geschiedenis van Anderlecht. Ze maken hun opwachting op verschillende evenementen in het hele land en soms ook in het buitenland. De reuzen imponeren en vermaken het publiek met hun joviale karakter. Alle reuzen worden op de schouders gedragen. Het dansen en dragen vereisen behendigheid van de dragers die elkaar afwisselen en de veiligheid garanderen. De vereniging zorgt ook voor hun bewaring en onderhoud.
De Hertog van Aumale
Gecreëerd in 1986 op initiatief van de handelsvereniging, is hij de oudste en meest indrukwekkende reus. Hij weegt 90 kilo en is 4 meter groot. Hij is samengesteld uit een metalen structuur, een schuimborst en een hoofd uit polyester. Karel I van Aumale (1555 † 1631) was een van de leiders van de Heilige Liga, die zich tot doel stelde het katholicisme tegen het protestantisme te beschermen. In 1576 trouwt hij met Marie de Lorraine-Elboeuf. De reus die haar voorstelt, bevindt zich in Aumale in Frankrijk. Nadat hij weigert zich te onderwerpen aan de koning van Frankrijk, gaat hij in 1601 in ballingschap om zich te vestigen in zijn kasteel in Anderlecht. Hij sterft er in 1631. De hertog ging vaak bidden in de collegiale Sint-Pieter-en-Sint-Guidokerk.
Erasmus
Deze reus werd ontworpen in 1995. Hij is gemaakt uit één stuk op een metalen constructie, weegt 50 kilo en is 3,20 meter groot. Het hoofd van de reus is van polyester. Zijn gelaatstrekken zijn gebaseerd op historische documenten. In 1521 verblijft de humanist Erasmus (1467 † 1536) in Anderlecht, in het huis van kanunnik Pieter Wijchmans, waar nu het museum het Erasmushuis gevestigd is.
De reuzen Guido en Goedele
Ze zagen het daglicht in 2004 en meten beide 3 meter en wegen 60 kilo. Guido stelt de patroonheilige van de gemeente voor die in 1112 heilig verklaard werd. Door de reuzin Goedele, een verwijzing naar de beschermheilige van de stad Brussel en haar kathedraal, op hetzelfde moment als Guido te creëren, stellen de makers dat de jonge Guido een jong boerenmeisje heeft kunnen verleiden dat het mirakel van het brood bijwoonde alvorens voor het priesterschap te kiezen.
Ridder Onulfe van Aa en Bertha
Ze zijn ontworpen in 1991 en 1993, wegen respectievelijk 80 en 60 kilo en zijn 3,50 meter en 3 meter groot. Volgens de legende struikelen de ridder en zijn paard in het jaar 1052 nabij de kerk over de gedenksteen van Sint-Guido. Om verdere ongevallen te voorkomen, besluit hij een meidoornhaag rond het monument te planten. 's Nachts sterven de mannen die belast zijn met deze taak een gruwelijke dood, met uitzondering van twee mannen die berouw hadden getoond. In de dagen die volgen, wordt dit als een mirakel beschouwd. Ridder Onulfe en Bertha van Anderlecht zouden in het jaar 1020 getrouwd zijn. Op donderdag 4 mei 2000 stappen Onulfe en Bertha officieel in het huwelijksbootje onder het vertederend oog van hun getuigen, de hertog van Aumale en Erasmus. De gelaatstrekken van het reuzenkoppel zijn gebaseerd op die van Jacques Vandevelde en zijn echtgenote. Ze hebben elk een hoofd van papier-maché in een houten structuur en dragen hun kleding en tooi.
De draak Dongui
Deze reus ging voor het eerst naar buiten in 2001. De draak, waarvan de naam een inversie is van de lettergrepen van Guidon, werd ontworpen voor het Halloweenfeest. Dit fabeldier van 50 kilo en 2,5 meter staat symbool voor ingetogen vijandelijkheid.
Rikske de molenaar
Hij werd ontworpen in 2002 naar aanleiding van de restauratie van de Luizenmolen. Hij is 3 meter groot en weegt 60 kilo.. De reus vertoont veel gelijkenis met Eric Thomas: de burgemeester van Anderlecht en de bezieler van de heropbouw van de molen.
Poje
Deze reus werd aan de vereniging geschonken door zijn ontwerper, de tekenaar Louis-Michel Carpentier, in 1998. Poje is oorspronkelijk een stripfiguur, ontworpen door Raoul Cauvin en Louis-Michel Carpentier. Hij stelt een typisch Brusselse cafébaas voor die gekenmerkt wordt door zijn onvermijdelijke "zwanze". Vele Anderlechtenaren herkennen zich in dit sympathieke personage. Met een gewicht van 20 kilo en een lengte van 2 meter, is deze reus een lichtgewicht, gemaakt van riet en papier-maché. Hij wordt vaak gedragen door de dames van de vereniging. Bij deze reus zijn de benen van de reus ook de benen van de drager.
Contact :
Vzw Processie van Sint-Guido en Onze-Lieve-Vrouw-van-Gratie
Mevrouw Linda Traets
Doverstraat, 32
1070 Anderlecht
linejasmin@gmail.com